30 oktober 2024
Vaarders: Gert, Erwin, Menno, Marlou, Hein, Bram
Traject: de beneden Lignon van Jaujac tot de tweede brug op de Ardeche.
Waterstand: geschat op circa 5 kuub. Peilschaal Pont-de-Labeaume stond op 66 kuub maar de Fontauliere leverde veel water.
Hans en John gaan vandaag naar huis maar Hans verzorgt uiteraard nog wel even snel de eitjes. Daarna nemen we afscheid. Ons plan is de lage Lignon die door een schitterende basaltkloof slingert, tot in de Ardeche bij Pont-de-Labeaume.
Marjolein neemt een rustdag.
Aan de instap is er net genoeg water, ik schat het op circa 5 kuub.
De vervelende stuw laten we voor wat hij is en dragen de boten 200 meter stroomafwaarts naar een perfecte poel die in de zomer ook als lokaal zwembad wordt gebruikt.
Instap
Gert, Marlou en ik dragen de boten naar beneden, Erwin, Bram en Hein rijden de auto's om.
Direct vanaf het begin zitten we in een schitterende Basaltkloof met lange zwarte basaltzuilen. Het zijn net grote orgels.
Het wildwater is niet spectaculair, meestal een flinke keienhelling waar je met deze lage waterstand best goed moet zoeken om butsvrij naar beneden te komen.
Af en toe een mooie glijpassage in bedrock maar niets spectaculairs. Het landschap compenseert dit wildwatergemis.
Dan komen we een bocht om en zie ik het toeristisch uitkijkpunt bovenop de kloofwand en daaronder een oude brug. De rivier versnelt en schuift over een richel met rechts een serieus zuigende wals. Links zit de vaarlijn langs de wals. De passage komt wel als een verrassing en op het moment dat ik langs de wals schiet denk ik "oh, ik hoop dat dat goed gaat" en draai bij Gert het keerwater in. Bram, Marlou en Hein redden het. Erwin vaart te rustig en iets te veel door de wals. Hij wordt gestopt en heel rustig haalt de wals de vangst binnen even later ligt Erwin serieus te bongo-en. Ik kijk het heel even aan en besluit vast een poel lager te gaan liggen waar ik meer kans heb het spoelende spul te collecteren.
Intussen is Erwin nog steeds aan het vechten en zie ik Gert al met werplijn op de kant lopen . Dan zie ik een boot loskomen, even later heb ik hem al in een keerwater gedrukt en kan ik ook de peddel bergen.
De rest van het team bekommert zich om Erwin die met zijn laatste restje energie het intieme contact met de wals heeft kunnen doorbreken en per werplijn door Gert wordt geborgen.
Eind van het liedje is wel dat Erwin uitgeput en gebutst besluit niet door te varen. Na telefonisch overleg met Marlou die de route naar de brug al heeft gescout sjouwen Bram, Hein en ik boot en peddel steil omhoog en bereiken na het verlies van liters zweet de brug hoog boven de rivier. Erwin wordt op een bankje in de zon gezet met voldoende voedsel en wij gaan verder.
Lunchplek met - door de brug heen - uitzicht op ‘de wals’
De kloof blijft hartstikke mooi.
Ik weet dat er nog één lastige smalle passage moet komen die je over rechts moet varen.
Als de rivier bij een linkerbocht splitst kies ik voor alle zekerheid voor de rechter route. Even later verdwijnt de rivier naar beneden, ik kan met lange nek net zien dat het wel moet kunnen maar besluit toch even te gaan kijken, we hebben al genoeg averij opgelopen vandaag.
Het valt mee, de lijn is duidelijk precies middendoor over een paar hobbels en dan door een wals. Ik pak de camera en ga op de rots boven de passage zitten en wuif Bram door. Die gaat soepel door de onderste wals. De rest volgt één voor één. Alleen Gert prutst een beetje en knalt zijn boot overdwars in de wals en laat zien dat deze wals geen greintje tanden heeft, met hoge steun trekt hij de outlaw soepel over de kam.
Dan wijken de wanden van de kloof en wordt het dal breed maar worden we nog wel verrast door een heel mooi kort kloofje met 2 hoge bruggen. Dan is het feest voorbij, de Ardeche dient zich aan en even later de uitstap bij de brug van Labeaume.
Menno
Vraag niet waarom, maar: Gert wijst de wals aan
Nadat alle rivieren met bekend vaarbaar water gevaren en leeggelopen zijn is het toch maar kijken of de lignon nog water heeft. Als alternatief mogelijk de Ardèche vanaf de camping (zie alpenweek 2019) maar met geluk staat er nog met genoeg water om te varen. Maar eerst eens kijken waar we gaan instappen, want die stuw die je moet overdragen is niet leuk. Dus hebben wij even een wandeling stroomafwaarts gemaakt. Net voorbij de stuw liep een mooi wandelpad naar beneden naar het ‘zomer zwembad’ wat wij gewoon een keermeer noemen. Hier kon je heel relaxed instappen, nog even naar boven varen naar de ‘waterval’ voordat je de eerste passage af gaat. De eerste paar passage gaan met wat stenen die boven water liggen toch best goed af.
Totdat de vervelende wals (zoals omschreven in het boekje) aan de beurt is. Natuurlijk was iedereen die vergeten en varen zij er gewoon langs of overheen. Helaas zag ik dat te laat en kom ik in de wals te liggen. Het duurt ook niet lang voordat ik er in omga. Een keer rollen en proberen in de side surf er uit te komen. Ook dit gaat niet goed. Ondertussen voor hulp geroepen want ik zag al aankomen dat ik moet gaan zwemmen. En toen kwam het ergste. Toen ik om ging gelijk zeiltje trekken en wachten tot ik eruit gespoeld wordt, maar dat gebeurde niet gelijk. Nog even een rondje in de wals en toen spoelde ik uit. Gelukkig had Gert zijn werplijn klaar en trok hij mij uit de stroming. Moe van het zwemmen ben ik hier dan ook uitgestapt, wel zonder bril. Gelukkig was hier een pad en brug de kloof uit.
Erwin
We weten niet of Erwin verantwoordelijk is voor het vergeten van z’n peddel, of Hein die z’n boot oppakte maar de peddel liet liggen. Lang verhaal kort, de reis naar huis duurde niet 40 maar 90 minuten.
De (aubergine-)ballen van Hein
Vaardagen: