Vrijdag 28 juli 2023.

Waterstand: 7.7m3

Mee op het water waren:

Groepje spelen: Tom, Bram, Marlou, Daan, Rien

Groepje twee: John, Lucas, Gert, Leon, Erwin

Groepje leren: Cees, David, Thijs, Hein, Laura, Willem

Groepje laatst: Ineke, Sanne, Bas, Annelie

Een tweede dagje Ubaye op het menu. Omdat het zo’n heerlijke rivier is om te varen.

Voor de liefhebbers was er nog de optie om 2 uur eerder te vertrekken voor Fresquiere (zodat de groep niet extreem lang op ze zou hoeven wachten), maar de gedachte aan 8 uur vertrek vanaf de camping zorgde voor net te weinig enthousiasme.

Dus met z’n allen stonden we aan de Ubaye klaar om deze BASF af te sluiten met een mooie vaardag. Ook alle beginners waren nu aan het eind van de week klaar voor dit traject.

De waterstand was net ietsje hoger dan afgelopen dinsdag. Maar erg vergelijkbaar op de rivier. Voor mij dus een mooie gelegenheid om eens te oefenen met voorvaren. Toch wel lekker om dat eens uit te proberen op een rivier die ik ken, maar waar wel een paar passages in zitten. En met een groepje dat niet extreem afhankelijk van me is. Al vlot bleek dat ik niet alleen ging oefenen met voorvaren, maar ook met vissen - dank aan iedereen die (onvrijwillig) uit z’n boot is geklommen ;) Waarom ik ging schrijven? Niet omdat ik domme dingen deed (zou ik natuurlijk nooit doen) Gert draaide m’n dopje open en ik had heel de week nog niks geschreven. Dat was reden genoeg blijkbaar ;)

Alle passages onderweg waren heel goed bevaarbaar, her en der een walsje dat kleine bootjes een beetje hapt (hè Sanne) en wat golfjes die het op beginners hadden voorzien. Maar er was ook ruimte genoeg om te rollen (lekker bezig Thijs!) of om gewoon zoals John met een paar steunen het traject door te varen zonder om te gaan. Ik heb genoten van vandaag en eigenlijk de hele week! Dank organisators Bas & Lucas!

Ineke

Zoals Ineke hierboven al schrijft zitten er ook bij deze waterstand in de Ubaye een aantal plakkende walsjes, helaas niet allemaal met daarachter diep genoeg water om te rollen. In de passage net boven de salle-a-manger waar ik vorige keer moest rollen, was ik ook dit keer blijkbaar nog niet echt scherp. De 2e van 3 walsjes vond mijn Kingpin erg lekker en besloot mij om te gooien. Peddel klaarleggen om te rollen, een steen raken, nog een steen koppen en hierna toch maar besluiten uit te stappen. Tijdens het uitstappen raakte ik nog meerdere stenen waarbij ergens mijn peddel uit mijn hand wordt gerukt. Uiteindelijk kom ik gelukkig in dieper water en kan ik naar een keerwater zwemmen. Eenmaal weer bij mijn boot merk ik dat mijn rechter duim een tik heeft gehad en snel dik wordt. Even heen en weer traverseren boven de salle-a-manger gaat nog goed en deze passage varen ook, maar een paar minuten later merk ik dat ik mijn duim eigenlijk niet meer kan buigen en hierdoor bijna geen peddel meer kan vasthouden. Toch lastig met varen, zeker zo vroeg op het traject. Om niet nog meer schade te veroorzaken besluit ik uit te stappen. Bas geeft aan dat er vlak om de bocht een pad is naar de weg. Zonder al te veel keerwaters, slagen of steunen varen we om de bocht om daar alleen de volgende passage te zien. Uiteindelijk zit de escape optie net voor onze traditionele lunchplek op 1/3 van het traject (dit is ook het instappunt voor hydrospeeders en prima geschikt als instappunt voor vaarders die het hele traject te lang vinden). Het batterijtje bij Leon is ook op, hij besluit met mij uit te stappen. Bas kijkt nog even op zijn telefoon, 2.6km lopen tot de instap, ruim 4km naar de uitstap. De keuze is snel gemaakt, ik krijg de autosleutel van John en loop naar de instap. Op de terugweg Leon en onze boten oppikken op de parkeerplaats waar we bij de weg kwamen en dan heerlijk genieten van het zonnetje bij de uitstap. Erg jammer om de laatste vaardag van een verder heerlijke BASF zo te moeten eindigen. Toch blijft de Kingpin mijn favoriete boot voor de Racecourse met zomerwaterstand, alleen volgende keer iets harder aan mijn peddel trekken in die ene passage.

Sanne

 

Superspannend en geweldig gaaf deze wildwaterweek in de Franse Alpen. Mijn eerste Zomeralpenweek. Heerlijk om na elke enerverende dag in slaap vallen te vallen met de roep van de dwergooruil.

Ondanks de regenachtige voorspelling hebben we deze hele week prachtig zonnig weer, dus wat dat betreft is omgaan en zwemmen geen straf. Daar zorgen de nodige keien wel voor! Voeten vooruit en billen omhoog en zo gauw je een keerwater nadert omdraaien en zwemmen of je leven ervan afhangt was het devies.

Dit gebeurde mij vooral de laatste dag. Een hele week inzet vergt veel van mijn lijf, dus ’s morgens waren er de nodige twijfels of een tocht varen wel een goed idee zou zijn. Laat opstaan en weinig ochtendgym werkte dit in de hand, maar de vooruitzichten op een mooie tocht wonnen het. De vorige dag ging ik de Guisane tenslotte ook als een leien dakje af waarbij ik vaak, door goed water te lezen, mijn eigen route durfde te nemen.

Nu op naar de Ubaye. ’n Rivier met veel wisseling in verval en dus ook stroomsnelheid. Met Cees als voorvaarder en Hein en Laura als vissers waar nodig en Thijs en Willem als medevaarders ging ik met een veilig gevoel het water op. Het eerste stukje gaat goed, daarna komt er de klad in. Achterover hangen zorgt voor de nodige instabiliteit, menig golfje duwt mijn achtersteven weg, ik raak uit balans en heel veel hoge steunen, een paar rollen (zelfs synchroon omgaan en rollen met Laura zat erin) en twee zwempartijen later is het tijd om te pauzeren. Poeh, even bijkomen. Na de pauze verder met Ineke, Annelie en Bas. Veel keerwaters opzoeken en invaren is een mooie uitdaging, voorkomt luiheid in houding en geeft de nodige rustmomenten doordat van daar uit weer een te varen lijn bepaald kan worden. Ook voor beginners hanteerbare surfplekjes zijn een mooie uitdaging voor deze dag (waarbij achterover hangen juist wel weer goed kan).

Met de Kloof als toetje is ook deze mooie tocht geweldig leerzaam geweest. Voor herhaling vatbaar.

David

Vakantie is (net als AI, maar dat terzijde) een rekbaar begrip. Luieren, nietsdoen, bijkomen, onthaasten etc. etc. Het verwonderlijke is dan ook dat het toch allemaal werkwoorden zijn.

Ik peddel, jij peddelt, wij peddelen deze hele mooie week al, wij zijn na vandaag (voorlopig ;)) uitgepeddeld. In sommige gevallen is dat heel hard werken.

Ik dop, jij dopt, wij doppen, jij bent gedopt. Jazeker een klassieke Bataafse Activiteiten Streek F… waar elke zichzelf respecterende voorvaarster altijd rekening mee dient te houden voor afvaart.

In zelfstandige vorm is peddel nog steeds een rekbaar begrip. Sommigen spreken het uit als paddél en dan is het alweer hard werken. Zelfs in de vorm van kano-peddel impliceert het ontegenzeggelijk werk; aan een peddel moet getrokken worden om het beoogde effect te bereiken. Aan de buitenwereld uitleggen dat dit tóch vakantie is, is dan ook schier onbegonnen werk (alweer).

Om de aandacht van de niet regelmatig terugkerende lezer van dit zeer onregelmatig verschijnende werkje nu niet te verliezen moet ik even teruggrijpen naar de introductie van de zelfdenkende peddel. Het gerucht gaat dat deze in België is uitgevonden ergens aan de Boven-Lesse. En dat is géén grap.

Wat trouwens ook geen grap is, is Willem die dankzij enorme mentale krachten overal voor het eerst afstuitert. Helaas is zijn peddel niet bestand tegen zoveel wilskracht; iedere zichzelf respecterende zelfdenkende peddel zou buigen, maar die van Willem verkoos barsten. Gelukkig bestaat er duc-tape en groeit er voldoende precies passend hout naast de beek. Een reservepeddel meeslepen is totaal overgewaardeerd maar soms toch best handig.

Even terug naar de zelfdenkende peddel: dat was nog een vrij onschuldige vorm van intelligentie die de kayaker enige nut bracht. Met de introductie van AI is diezelfde peddel ineens geëvolueerd tot een ongeleid zelfdenkend projectiel. Ben je even afgeleid omdat je een die-hard beginnende eskimoteerder, maar nu net even niet (chapeau Thijs), uit het water van de laatste meters mooie kloof helpt, beslist die AI-peddel dat ’ie ook wel zonder jou verder kan. Heel hinderlijk. Zoals de oude Tibetanen al zeiden: “Al is de paddél nog zo snel, de kayak achterhaalt hem wel”.

Het venijn van de AI peddel zit hem in zijn staart. Of het nu kwam doordat ik Tom’s subtiele voorbeeld wou volgen met een ondersnijding in het keerwater vlak naast de rotswand, of dat die rotswand steeds aanhankelijker werd, of niet kon vinden waar die staart zat, het rollen zat er niet meer in na een dagje uitbundig varen. Even dacht ik als laatste vaarder onder de radar door te kunnen zwemmen, maar de breed grijnzende tronies van al bijna uitstappende Batavieren deed die hoop snel verdrinken.

En dan mag je schrijven, alweer een werkwoord.

Het lijkt net vakantie.

Ik heb genoten!

Gert

Vaardagen BASF 2023: