You’ll be fine!!
Schotland November 2008
Vrijdag, vertrek
We gaan naar Schotland! Om te creecken en een beetje te spelen. We hebben de bus van kanoshop mee, een lekkere grote bak, dus alle boten kunnen mee. Na het inladen, als we klaar staan om te gaan rijden, krijgt Rein een belletje van zijn baas. Wat is de bedoeling met die bus? Het was toch niet de bedoeling dat we daarmee op vakanties zouden gaan? Na wat heen en weer gesteggel hielden we het er maar op dat het om een promotie-tour zou gaan voor Fluid- kayaks.
Zo kunnen we dan toch vertrekken richting IJmuiden, vanwaar onze boot zal vertrekken. Ik rij achter de bus aan, om in IJmuiden m’n karretje te laten staan, zodat ik op de terugweg voor de verandering eens als eerste weer thuis zal zijn. We komen ruim op tijd, en na ff wachten mogen we dan de boot oprijden. Tenminste, dat was het plan.
Al heel deze zomer rij ik vrolijk naar en in het buitenland, Frankrijk 2 keer, Oostenrijk 2 keer. Alleen wel als een illigaal. Want mijn paspoort is al in juni verlopen. Maar , je raadt het al, deze keer kom ik er niet mee weg. Als we langs de passencontrole komen, wordt ik er direct tussen uit geplukt (red:je snapt het niet!), en mag zo niet mee. Mezelf dom houden en een vaag verhaal over schengen-landen mag niet baten, ze zijn onverbiddelijk. Een nooddocumentje dan maar? Maar natuurlijk meneer, dat kan. Morgen tussen 11 en 12. Nee, vandaag echt niet meer.
En daar sta ik dan met m’n poffertjes-porum. Er zit niets anders op, ik ben al blij dat m’n autootje lekker dichtbij staat….
De volgende dag meld ik me om 11 uur precies bij de marechaussee, en krijg daar een mooi roze paspoort, heerlijk gay.
In de namiddag kan ik dan eindelijk ook aan boord, en met een dag vertraging kan ik me de volgende dag weer bij de rest van ons team voegen. Cees V. zal blij zijn dat hij niet meer de enige illigaal binnen de Batavier is, en Sven… die ziet het allemaal met lede ogen aan. Na eerst geweigerd te zijn met Cees aan de grens met Slovenië, mag hij nu genieten van de volgende Batavier met een paspoortprobleem….
Harry
Zaterdag, de Tyne
Na wat vervelende dingen om aan boord te komen, hebben we Harry achter moeten laten. Maar niet getreurd, hij komt een dag later en wij wachten in Newcastle om hem daar op te pikken.
Na een rustige overtocht naar Engeland, een goede nachtrust en een stevig ontbijt, komen we aan. We hebben afgesproken dat we in de buurt van Newcastle zullen gaan varen. Dus we hebben daar een rivier uitgezocht en zijn onderweg naar de Tyne, een mooie beek, dachten we, om in te varen voor de eerste dag.
Onderweg komen we een auto met boten tegen, en vragen waar zij gaan varen. Zij vertellen ons dat er een klein kano-festival is en wij besluiten daar mee naar toe te gaan.
Daar aan gekomen blijkt het niet echt klein te zijn. Er zijn meer dan 1000 vaarders op het festival af gekomen, dus het is een zeer gezellige boel aldaar. Even zit de bus vast in de modder als we het terrein oprijden, maar een aantal helpende handen zijn zo gevonden.
Het varen stelt die dag echter niks voor. Twee mooie passages, en voor de rest was het gewoon vlak. Maar met zoveel vaarders is het wel gezellig. Onderweg hebben we nog wel het nodige vis-werk gedaan, want er waren nog al wat beginners bij.
'Savonds lekker wezen eten en daarna hebben we gezellig op het festival een biertje gedaan. O ja! We zouden geen tent mee nemen, want we zouden in een hostel slapen. Jammer, deze avond zijn we nog niet bij ons hostel, dus met zijn drieen in de bus geslapen. Lekker knus, maar ach, altijd beter als buiten in de regen.
Sven
zondag, de Falls of Leny
Dus zondag zijn we er weer vroeg er uit om weer terug te rijden naar Newcastle, om Harry weer op te pikken bij de boot. Daar aangekomen zijn we twee keer weggestuurd, omdat ze dachten dat we daar de auto wilden parkeren. Maar wij wilden alleen iemand ophalen.
Zo. Eindelijk we zijn weer kompleet en kunnen we vertrekken naar Schotland. We hebben nog een lekker stuk rijden voor de boeg. Na een kop koffie onderweg, hebben we besloten dat we nog een hit and run op een verval op de route gaan doen. Dus zijn we naar de “Falls of Leny” gereden.
Daar aangekomen was het op eerste blik toch wel slikken, maar na alles te hebben verkend hebben we hem toch gevaren.
Ik ga er als eerste af. Harry staat halverwege met een werplijn, en aan het einde van het verval ligt Lennard klaar, voor als ik zou gaan zwemmen /om af te vangen. Want zwemmen zou betekenen dat je het hele stuk zou moeten zwemmen en daar had ik geen zin in. Maar goed, eerst maar eens beginnen. Na de invaart raak ik wel veel- tot al- mijn snelheid kwijt in het gat onder de ingangsdrop, maar kan me hervatten om de rest door te varen.
Verder geen problemen gehad.
Na mij zou Rein komen in een c1, een omgebouwde Fluid Solo creecker. Hij had wat meer problemen, maar na een mooie redding door een rol in de hoofdpassage en een mooie front-loop en nog een rol bij de laatste passage, is hij er ook zonder zwemmen door gekomen.
Nu was Harry aan de beurt. Ook hij komt lekker door de passages, met wat hoge en lage steunen in het eerste deel, en in het tweede deel vaart Harry zeer mooi door de passage heen, en komt ook ongeschonden beneden. Als laatste is Lennard aan de beurt. Ook hij heeft geen problemen om beneden te komen, en hij heeft zelfs de ruimte gevonden om nog wat keerwaters te varen. Zo, dit hebben we ook weer gedaan en nu weer snel verder rijden naar Fort William, naar onze slaapplaats, een wat later blijkt zeer gezellige slaapplaats. Daar aangekomen eerst een hap gegeten en een biertje en dan naar bed, want het was wel een vermoeiend stuk rijden. Het laatste deel hebben we in het donker in de sneeuw gereden en moesten we een pas over, maar ook dit is goed gegaan. Schijnbaar niet voor iedereen, we passeren een mercedes die van de weg is geslipt. Voor ons een (onnodige) extra waarschuwing voor gladheid.
Maandag, de Nevis
Na een goede nachtrust in de hostel en een lekker ontbijt, hebben we met de Schotse hosts/vaarders besloten dat we zouden beginnen met de Nevis, want daar staat veel tot zeer veel water op. Onderweg komen er nog wat vaarders bij, de groep is tot aardige grote gegroeid. Na ongeveer alle versnellingen te hebben gezien bij het omhoog rijden, is het wel even slikken. Dit is wel weer heel wat anders als Duitsland, Frankrijk of Oostenrijk. Het enige dat we horen van de Schotten is: “you’ll be fine…”
Maar we zijn bij het instappunt. Of dat denken we. Nu moeten we nog eerst een stuk omhoog lopen met de boot op je nek, en dan weer afdalen naar de rivier. Daar zijn we dan aan de Nevis, die hier gelijk stevig begint met een lange ww-V passage, genaamd Boulder Blast.
Na wat uitleg over de te varen lijn en weer negen keer slikken en twee voor beelden hoe het ongeveer moet, gaat Lennard een poging wagen. Als snel gaat het mis bij de eerste gaten en walzen, moet rollen en spoelt achteruit tegen het volgende blok. Dan breekt ook nog zijn peddel en na een lelijke zwem partij, besluiten we iets lager in te stappen.
Het kost dus wel een peddel maar we hebben een reserve bij ons. Dus dat komt weer goed. Nou, we varen…. Wel wennen, om “koud” meteen in dat heftige water te starten. Maar dat schijnt hier in Schotland normaal te zijn, want de onze nieuwe vrienden hebben gewoon veel lol op de rivier.
Dan komt er al snel weer een moeilijke passage aan. Na wat verkenning besluiten Rein in zijn c1 en Harry deze om te dragen. Ze willen wel foto’s maken. Nou, daar ga ik, en kom zonder problemen beneden, Lennard ook.
Als we daar liggen te wachten tot iedereen weer is ingestapt, kom ik er achter dat het toch niet zo goed gaat. Ik maak water! Dat heb ik weer, gaat het net lekker, boot lek… Hij is niet te maken, dus ik moet er uit, en terug lopen naar de bus. Dit is echt balen, en dan druk ik me nog zacht uit.
Tijdens de looptocht loop ik in me eentje met een stukke boot op me nek nog wat flink na te vloeken, dus ik ben op dat moment wel blij dat ik even alleen ben. Dan rij ik langs de rivier naar beneden om nog wat foto’s te maken.
De rest heeft de moeilijke passages overgedragen. Bij de laatste drop, waar ik al een klein half uur in de regen en de wind sta, en koud tot op het bot ben, kan ik in een boot stappen van iemand anders. maar ik ben zo koud dat ik niet eens een peddel kan vast houden. Zeer jammer, want ik had de drop zeker willen en kunnen varen. Dus uiteindelijk zaten we met zijn allen weer in het hostel.
Na een warme douche zouden we wat gaan drinken, maar na zo’n slechte start moet je gewoon nog iets varen, dus dat doen we dan ook.
Sven
Maandag, de Fastfern
Dus we gaan de “Fastfern” varen. Een rivier die op een rivier in de Ardennen lijkt, maar dan sneller, en moeilijkere passages en veel dikke rivierbrede walzen.
We moeten weer inlopen. Lennard en ik lopen tot het instappunt aan de 7up-passage.
Rein en Harry zien het bovenste deel niet zitten, misschien ook wel wegens het inlopen? Zij stappen iets lager in, boven de “Backwards Slab”. Deze laatste passage moet volgens onze jonge schotse voorvaarder (en volgens het boek Scottisch White Water) achteruit gevaren moeten worden, anders zal je bij de rest van de tocht slechte “Juju” hebben.
We gaan weer van start, en het gaat nu lekker bij iedereen. We varen zo de rivier af tot de laatste passage, “Master Blaster”. Rein vaart hem niet, het lijkt hem niks met een c1. Ik ga, en kom goed beneden, met wat steunen en een rol in de stopper. Na mij komt Lennard, en ook hij komt goed naar beneden.
Daarna is Harry aan de beurt, maar Harry heeft wat minder geluk. De passage zelf vaart hij goed, maar gaat onderaan op zijn kop onder een dikke uitstekende boomtak door, raakt het één en ander, maar weet zich wel weer te redden. Hij is wel buiten adem, maar dat maakt niet uit, want we kunnen nu uitstappen. Op naar ons wel verdiende biertje! Die hebben we ook gedronken, en daarna lekker wezen eten in een restaurant.
Sven
Dinsdag: de Gerry
Nou, wat zouden we vandaag gaan varen? Het besluit valt op de Gerry, een rivier met speel plekken. Het instappunt is wel imposant; Een natuurlijke, maar onbevaarbare overstort van een meer (loch). Daar gaan we dan, in een speelboot. Maar het gaat wel lekker, en we komen snel bij de eerste speel golf aan.
Eerst even een keer voelen wat er gebeurt als je met je bootje er inschiet. Maar dat is zeker lekker. Harry is al gauw lekker op dreef met spelen in de golf. Rein heeft in het begin met zijn c1 wat moeite om er in te komen, maar al gauw gaat ook dat zeer goed, en Lennard heeft ook al snel de smaak te pakken.
Na wat flat spins en een ruim uur verder, en vele foto’s later, besluiten we om door te varen. We komen we bij een dropje met een mooie goot in het midden om af te varen, maar we varen aan de zijkant er af. Harry voorop komt er goed van af, en de rest ook. Maar ik word achterover geloopd, maar na een rol kan ik weer verder. Bij het uitstappunt is weer een leuke speelplek. Na een tijdje komen er nog wat Schotten en Engelsen bij, en we spelen ook hier weer een klein uur .
Als we met Jamie, een schot die de rest van de week met ons mee zal varen, de auto terug halen, staat daar ook de auto van Chris, een andere schot van ons hostel. We besluiten om de rivier nog een keer te doen. Zo gezegd, zo gedaan. Weer instappen bovenaan en daar gaan we weer.
Maar dan gaat Rein bij een wals, waar iedereen omheen vaart, er dwars doorheen. Hij zit dan ook gelijk vast. Er is maar één oplossing, en dat is zwemmen. Maar we hebben zijn boot en Rein snel aan de kant. Weer bij de eerste speelgolf aangekomen, zijn daar inderdaad Chris en nog een jongen van onze slaapplaats aan het spelen, dus het wordt nog gezelliger. Nog wat gewissel van boten en uittesten, en dan gaan weer met zijn allen verder. Nadat we beneden nog wat gespeeld hebben, zijn Lennard en nog een paar nog een passage iets lager gaan varen.
Sven
Woensdag: de Roy gorge
Vandaag is de bedoeling dat we meerdere rivieren gaan varen, want de stukken zijn niet zo lang. We gaan beginnen op de Roy.
De Roy is wel technisch, maar wel goed te doen. Maar zoals alles hier, begint het meteen met een stevige passage. Na wat uitleg hoe we hem moeten varen, viel het wel mee, en was hij zelfs leuk. Van een aantal mooie passages hebben we er weer eerst een paar bekeken. Dan kom ik een dropje af en ga om, en word door de stroming tegen een blok gedrukt. Ik lig dan op zijn kop tegen het blok gedrukt en kan zo niet rollen.
Zwemmen heb ik geen zin in op de deze rivier, dus ik druk me van de rots weg en rol mezelf weer rechtop. Ik ben daar nog niet weg of Rein gaat op dezelfde plaats op zijn kop en ook tegen het blok. Ook hij weet zich te redden door een rol. Harry gaat diep, verder geen probleem, en Lennart vaart er het mooist af.
Hierna wordt het kloofje nog smaller en volgen nog een paar kleinere passages. We komen beneden aan zonder verder nog in moeilijkheden te zijn gekomen.
Daar staat echter nog een walkout omhoog op ons te wachten. Harry heeft al meerdere nachten niet geslapen, en is niet lekker. Hij heeft daardoor al vaak overgegeven vandaag. Hij trekt de klauterpartij naar boven nauwelijks, en de Bata-rij is vrijwel leeg. Rein kan het niet aanzien, en schiet hem te hulp met het laatste stuk dragen.
Sven
Woensdag: Upper Spean
Maar wat voor alle stukken geldt: de natuur hier is fantastisch! Nou snel alles in de auto’s, en op naar de volgende rivier, de Upper Spean, een stuk rivier wat te vergelijken is met de Zambezie. Hoge golven, stoppers, en walzen. Het stuk dat we gaan varen begint direct onder de dam. Het water dat de rivier in gaat, komt uit pijpen uit de dam. Dit schouwspel is een zeer imposant gezicht.
Harry gaat in zijn speelboot. Die van mij is al door iemand anders geleend, dus ga ik in de Solo naar beneden. Rein gaat in zijn c1, en Lennard gaat ook in een Solo. Maar eerst komt nog de helling die we naar beneden moeten om bij de rivier te komen. Deze is stijl en glad, dus een opgave op zich. Lennart doet nog een aantal meters op zijn gat. Het is vandaag droog, maar we staan hier in de nevel en spray van het water wat naar beneden valt.
Dus we staan alsnog in de regen. Maar dan wel in een heel plaatselijke bui. Maar goed, beneden is er even voor ons onduidelijkheid hoe we de eerste passage moeten varen, om niet meteen vast te komen zitten in de eerste enorme wals, maar eenmaal op het water blijkt al gauw dat het goed te doen is. Onderweg probeer ik nog foto’s te maken of te filmen, maar dat wil niet echt met in je ene hand je peddel en je andere hand een camera. En even later gaat het dan ook fout. Een stopper die dwars op de rivier staat, ik schiet er dwars in, en lig ook meteen om. Maar na een snelle rol zit ik weer recht.
We moeten er op tijd uit, want het allerlaatste stukje varen we niet, want dat is niet te doen, ww-VI+. We stappen letterlijk midden in een weiland uit, zo veel water staat er in de rivier. Dan lopen we weer een flink stuk terug naar de auto, leggen daar onze spullen neer, en gaan dan naar het laatste verval, de “Inverlair Falls”, kijken. Het is heel indrukwekkend, en we zijn blij dat we die niet (per ongeluk) varen.
Sven
Woensdag: Spean gorge
We besluiten om nu als toetje de “Spean kloof” te gaan varen. Harry en Rein hebben geen zin meer, dus Lennard en ik gaan met de rest mee. Het zou een stukje worden met veel paddestoelen en bubbeltjes water, heel onrustig allemaal. In het begin valt het nog wel mee en lekker om er aan te wennen, maar al gauw worden de paddo’s groter en blijkt dat het best lastig is. Ik kom een passage af en schiet een onstabiel stuk in. Voordat ik het weet, staat de Solo-large, een creecker, op zijn achterpunt en blijft zo ook mooi staan.
In de volgende passages is het varen lastig. Je weet gewoon niet welke kant je moet gaan ophangen, want er wordt overal aan je boot getrokken. Keerwaters uitvaren wordt een opgave waar je u tegen zegt. In mijn achterhoofd speelt wel dat je hier niet moet gaan zwemmen, want dat wordt een ramp. Maar dat gebeurd gelukkig ook niet. Nadat de we de kloof uit komen, is de rivier vlak. Na een paar minuten horen we water vallen en een rommelend geluid. We krijgen als tip; naar het midden, boof en duck… en je bent beneden. Maar je ziet nog niks. We komen de bocht om, en dan blijkt het een standaard geintje te zijn. Het is het water van een centrale dat met geweld de rivier in komt stromen.
Sven
Donderdag: Etive
Ik stap in m’n Burn, maar met samen geknepen billen. Mijn handjes trillen een beetje, en dat is niet van de kou. De eerste 2 drops van de eerste passage op de Etive, de Triple Falls, sla ik al over, de gaten eronder zijn me een maatje te groot.
2 van onze voorvaarders, (dat zijn 3 jonge Schotten) hebben wel de hele passage gedaan en dat zag er zeer knap uit. De 3 e Schot heeft alleen de laatste, hoge drop gedaan, en nu ben ik aan de beurt. Ik glij het water in en vaar naar het laatste keerwater boven de drop. Ff kijken, en dan ga ik! Helemaal naar de uiterste rechterkant en dan links-draaiend de drop af. Ik mis mn boof compleet, maar kom toch door het zog en in het keerwater. Whaaaaa! Dat was Super! Na mij komt Lennart en die gaat iets teveel door het midden, blijft even plakken, maar dan werkt hij zich mooi uit het zog. Dan Rein. In zijn C1 mist hij de correcte aanvaart, en gaat vol in het midden naar benee. Hij wordt terug het gat ingezogen, gaat over zijn voorpunt heen en wordt dan spontaan door het gat uitgepoept, tegen de wand. Hij rolt en werkt zich met zn peddel via de wand uit de gevarenzone.
De Etive is een geweldig mooie sloot. Weer een topper en 1 van de mooiste rivieren die ik tot nu toe heb gevaren. We hebben midden-hoog water, en alles gaat er al flink op. Sven heeft z’n dag niet, en is niet ingestapt. Hij rijdt langs de weg met ons mee. We varen verder en na wat kleine dropjes en versnellingen komen we al snel bij de volgende zware passage, de “Letterbox”. Een flinke 4+ drop die je uiterst links moet boofen. Rechts zit een flinke onderspoeling. De Schotten geven ons weer het goede voorbeeld, en wij volgen braaf. Met een heerlijke boof, perfect op de rand, landt ik ruim achter het zog. Ik zit ondertussen stampvol met adrenaline, en het zelfvertrouwen is stijgend. Lennart vaart deze passage veel teveel naar het midden, maar door een mooie boof en het volume van de Solo komt ook hij er toch mooi door. Kort hierna zijn we bij de “Ski-Jump” passage, die ons een auto-boof zal geven volgens onze gidsen. Ik vaar na de eerste twee Schotten en als ik over de rand ga, zonder boof dus, is er helemaal geen ramp! Het water is daar te hoog voor, en het Auto-boof effect is totaal verdwenen! Ik ga diep in het gat, pop dan weer op, en moet dan maar even flink aan de peddel trekken, en ik ben eruit. Pheeeew! Ook Rein en Lennart worden enigszins verrast, maar komen er toch mooi door.
Hierna volgt de Crack of Doom. Hij ziet er totaal anders uit als wat ik heb gezien op internet foto’s. Er gaat nu zoveel meer water doorheen. Alleen de 3 Schotten varen deze. Wij zetten de safety op. Eerst een ingangsdrop, met een vervelend gat er achter in een smalle doorgang. De eerste Schot gaat met de voorpunt onder de wand, en kan verder, de 2 e wordt gebackloopt in het gat, en de 3 e wordt het gat ingezogen, maar trekt zich er toch weer mooi uit. Dan de bocht om en van een “vlezige” drop af, met een nog dikker gat eronder. Mis je boof niet! Zij doen het verder goed, maar wij dragen deze toch maar.
Dan komen we bij de “Crack of Dawn”. Weer een mooie dikke drop, en deze spoelt je er zowieso zijwaarts uit als je het gat ingaat, want heel de stroming gaat linksaf verder. We verkennen alle echte passages, dus ook deze. Dan gaan we er 1 voor 1 af. Iedereen vaart ‘m netjes, de boofs zijn talrijk. Dan weer wat kleinere passages, die ook allemaal geweldig mooi zijn. Het koude weer en de miezerregen kan ons niet deren, De omgeving hier in de Schotse Highlands is gewoon fantastisch, de “bedrock-bodem” ook, die maakt deze sloot tot een droom voor elke ww-vaarder. Deze Bodem zorgt ook voor de volgende passage, genaamd Rock Slide. De naam zegt het al, een mooie dikke slide, met onderaan een klein dropje. Daarna een rechte horizon-lijn, we zijn bij de Right Angle Falls. Dit was eigenlijk de reden om hier te varen, met lager water is dit een mooie waterval voor de onervarenen in vrij val. Nu is het een monster en ook onze gidsen twijfelen. Toch willen 2 van de 3 hem varen, en doen een spelletje om wie er als eerste moet. Ik ga ‘m toch niet doen en draag m’n boot naar beneden, en fungeer als safety-boater. De 2 jongens doen het fantastisch, de rest draagt. Hierna volgt nog een stevige 4 passage, die we allen uiterst links nemen. Je scheurt dan over de rand van een golf, en vlak langs een keerwatertje die 2 van de 3 schotten en Lennart achteruit zetten, en zo gaan ze ook de drop erna af. Het gat eronder plakt nauwelijks, en ze zijn safe. Dan ik. Verbazend genoeg lukt mijn lijn perfect en vaar ik de drop retestrak af. Rein komt als laatste en wordt totaal van zijn lijn gezet en gaat rechts, waar je niet wezen wil, en ook nog s achteruit van de drop af, waar hij even gemangeld wordt in een wals. Na wat auto-wheels rolt hij overeind en redt zichzelf netjes. Dan gaan we nog door een mini-kloofje, met een heel mooi verval erin en zijn we alweer bij de uitstap, waar Sven al op ons wacht.
Snel laden we in, en gaan in kayak-gear op weg naar de volgende rivier van vandaag, de Coe
Harry
Donderdag: the Coe
Als onze tweede rivier van vandaag varen we de Coe. Die ligt vlakbij de Etive, dus zijn we ‘r zo. De ingangsdrop, genaamd Backdoor Man is een stenige en steile passage, met pin-gevaar. Uiterst rechts kan hij gevaren worden.
Onze 3 Schotse vrienden klappen er probleemloos vanaf. Maar gaat het hier niet goed, en ga je op de verkeerde plek achteruit tegen een blok, zal je snel weten waar deze naam vandaan komt.
Wij stappen net onder deze passage in, met een himalaya start. Het water hier is weer superhelder, en ik heb het getest op drinkbaarheid en het smaakte heerlijk. Deze sloot heeft een sprookjesachtig karakter, een lekker smal kloofje en continue ww 3, heerlijk om even op uit te varen na de dikke Etive,en geheel stress-vrij.
Toch zaten er nog wel wat mooie passages in, waarvan 1 met een flinke vernauwing aan het eind. Rein heeft een enkel rolletje nodig, maar iedereen vaart dit zonder problemen af. Je waant je een eind van de weg af, zo mooi is het om je heen, maar in werkelijkheid is de weg nooit ver uit de buurt. Het is maar een kort stukje en we zijn al snel bij het laatste verval aan het eind van het kloofje. De passage is gedraaid, waardoor een aantal van ons, waaronder ikzelf, doorschuif op de gladde rots aan de overkant en met een hoge rocksplat sluiten we zo deze sloot af.
Alleen Jamie, 1 van de schotten, blijft nog ff plakken in het zog van die laatste passage en wordt er door zijn maat uitgetrokken. Ik draag de boot omhoog en doe de rocksplat nog eens, voor de foto, maar alleen een magere foto van ervoor en erna zijn het resultaat. Dan moeten we weer een flink eind soppen door het drassige land, de zoveelste walkout deze week.
Als we omgekleed zijn, bezoeken we een gezellig lokaaltje, met schots bier en zeldzaam lekkere hamburgers. Rein eet wederom Haggis, deze man heeft lef!
Harry
Vrijdag: Falls of Lora
Als we aankomen bij de grote brug boven de Falls of Lora, staat er alweer een andere schot op ons te wachten. Are you the crazy Dutchies? Yup. We kleden ons snel om, want de Schot denkt dat de golf nu net gaat lopen.
Deze Falls zijn namelijk niet een echt verval, maar een getijden-golf. En nu precies moet het feest beginnen. Rein had dit persoonlijk als hoofddoel van onze reis. Het water is brak, halfzout. We laten ons dan van boven af, langs de pijler van de brug de golf in zakken. Snel het keerwater in naast de brug. Dan vaar ik de golf in. Ik mis m’n aanvaart en kom er niet in. Achter de golf zitten echter nog 2 grote speelwalzen, en daar blijf ik wel ff in surfen.
Dan spoel ik door, en draai snel de neus van de boot om. Zo heb ik zicht op de enorme golventrein erachter. Dan volgt een korte dolle rit op de hoge bakken. Ik was gewaarschuwd voor mega paddo's in het keerwater, en als ik uit de stroming weg vaar, vaar ik recht op een flinke boil. Ik laat me weer de stroming in zakken om iets verderop opnieuw het grote keerwater in te kunnen draaien.
Maar dan begint de rit pas echt. Enorme draaikolken zetten mn boot op de achterpunt en in een hoge steun cq sternstall draai ik wilde rondjes. Als ik weer recht kom, kan ik gelijk door naar een lage steun en een paar rondjes de andere kant op. Holy Shit! Wat is dit?! Dit is best wel spannend, en m’n spieren klagen.
Dan vaart Rein in, die vandaag zijn C1 heeft ingeruild voor zijn speelbootje. Ook hij wordt doorgespoeld, en ik kijk hem na, we zouden hier extra op elkaar letten omdat mocht er iemand zwemmen, je gelijk groot open water op spoelt. Zo zie ik ook Rein in de rondte gesmeten worden met verbaasde ogen. We varen weer omhoog en dan komt de rest ook het keerwater in gevaren, vanaf boven. Iedereen mist de golf, maar hebben hun handen vol aan de kolkende uitstroom, en komen met grote ogen terug gevaren.
We doen allemaal nog een paar pogingen om in de golf te komen. Als Sven weer invaart, stuitert hij over de golventrein, gaat om en wordt flink gewassen. De boot draait op zijn kop net zulke wilde rondjes als rechtop, wordt daarna totaal onder water gezogen, plopt dan weer omhoog, en pas na 7 pogingen komt Sven weer rechtop. Hij lijkt wel een spuitgat van een walvis, zoveel water spuit er uit zijn mond. Later zal hij vertellen dat hij zijn hand al aan de lus had, maar bij z’n laatste poging gelukkig toch nog overeind kwam. Hij is er dan ook gelijk klaar mee, en vaart richting de kant. Rein volgt.
Als ik weer invaar krijg ik een soortgelijke behandeling. Ik kan nog wel een surf maken in de 2 e wals, die flink dik is, maar ga dan op mn dak in de golventrein erachter. Mijn peddel wordt uit mn rechterhand getrokken, gelukkig heb ik hem nog vast met links. Dan wordt ik bijna rechtop geloopt, maar ik weet niet wat voor of achter is, en wat onder of boven. Als ik heel even stabiel lig, rol ik snel rechtop, ga gelijk de volgende kolken in, en draai mijn rondjes weer. Ik vaar hijgend terug het keerwater in, en m’n spieren hebben ook flinke klappen gehad. Dan voegt de schot zich bij me, en zegt: “I got properly worked!” Dat zijn we zo’n beetje allemaal wel ondertussen, en iedereen vaart naar de kant.
We kappen ermee, de golf staat toch niet mooi genoeg, en je wordt alleen maar getrashed. Hier in de buurt zit nog een mooie rivier, de Orchy, een playboat run. We gooien de boten achterin de bus en rijden met 3 autos richting de laatste run van deze vakantie.
Harry
Vrijdag: the Orchy
4 Schotten en 4 Nederlanders staan klaar aan de instap van de Orchy. Onderweg omhoog hebben we nog even gekeken bij een ww-VI passage. Wij zullen iets daarboven uitstappen na een ander verval. Dit is een rivier met veel speelgolven, waarvan je de meeste “on the catch” moet pakken. Dat houdt in dat er vaak geen keerwaters naast zitten, en je dus snel en goed moet reageren om zo’n golf te kunnen pakken.
Verder zitten er stukken vlak water, afgewisseld met stevige 4+ en één 5 passage(s) in. Er wordt weer het nodige van boten gewisseld en getest op deze run. Zelf vaar ik lekker in m’n speelbootje, die 5 sla ik ook in m’n Burn wel over, en zo kan ik optimaal genieten van deze sloot. De grootste passages verkennen we allemaal.
We gaan op pad en komen na de eerste bocht al gelijk bij de eerste passage. We ontwijken dikke gaten en varen achter onze Schotse vrienden naar beneden. Ook dit is weer een fantastisch mooie rivier. Matt, één van onze nieuwe vrienden, wordt even getrashed in m’n Burn in een klein kolkje achter een steen, terwijl we aan het spelen zijn in een golf die wel een mooi keerwater heeft. Na een paar pogingen komt hij toch weer recht.
We varen mooie passages af, tussendoor duikt Matt expres een gat in om te spelen. Maar het gat is wat steviger als verwacht en weer krijgt Matt, deze keer in een Nemesis, een lekkere trashing. Koppig blijft hij echter zitten, en red zichzelf uiteindelijk uit het gat. Ook Scrotch, een andere schot, komt midden in een passage in een groot gat vast te zitten. Hij styled het gat briljant! Hij draait een paar fantastisch mooie cartwheels, wordt gebackloopt, helemaal rond, en spoelt door. Hij rolt snel. Later verteld hij dat de carts helemaal niet de bedoeling waren, hehehe.
Dan komen we wat verder bij de “Rollercoaster”, een denderpassage IV die je nu uiterts rechts in een vrijwel rechte lijn kan pakken. Ik denk dat het een IV+ passage is die we onderweg omhoog hebben verkend, zie dan dat het toch een andere passage is, maar de twijfel is al gezaaid. Ik meld deze niet te zullen varen, ook Rein ziet ‘m niet zitten. Dan vraagt (Scottisch) Dave wat ik dan voor probleem verwacht. Na wat overleg over hoe en wat, besluit ik ‘m toch te varen.
Als derde vaar ik uit, en vaar heel netjes mijn lijn door het eerste stuk de passage in. Dan, precies in het gat waarvan ik rotzooi verwachtte, wordt ik even vastgehouden en achteruit gezet. Ik reageer gelijk, en trekt mezelf mooi uit het gat. Ik ga wel achteruit op het volgende gat af, geen tijd meer om te draaien. Ik blijf echter rustig, mocht het gat me pakken, zal ik gelijk in een frontsurf gaan, en mijn plan is dan de neus onder te duwen en mezelf eruit te loopen. Ik maak een paar harde slagen achteruit, maak me klein en punch dan door het gat. Yeehaw! Gelukt! Mijn back-up plan heb ik niet nodig. Iedereen komt verder goed door deze passage heen, behalve Rein, die niet over te halen is en de passage draagt.
De passage erna is echter wel de gemene IV+ passage. We verkennen ‘m nog ‘s, en ik pak al snel mijn boot en draag de passage over, het gat onder de ingangsdrop is erg groot. 3 Schotten varen ‘m wel, de rest kijkt en draagt ook. Na weer een vlak stuk en wat surfgolven komen we bij een stuk met massieve, rivierbrede diagonale walzen. De “You’ll be fine’s” en de “you’ll flush right out’s” zijn weer talrijk, maar ik kies m’n eigen lijn wel. Matt, Sctrotch en Dave kiezen voor dwars door het midden en door de walzen, dé sportieve lijn. Matt krijgt hier zijn derde trashing van vandaag, deze keer in zijn eigen Pyranha speelboot. Één van de walzen grijpt hem en op zijn kop gaat hij de hele wals door. Gelukkig staan de walzen schuin op de rivier, en zo stuitert hij ondersteboven tot onderaan de passage, waar hij uitgepoept wordt en kan rollen. Hij heeft wel weer een stevige rit gehad.
Ik vaar mijn eigen lijn helemaal over links, en stuk makkelijker, maar het lukt me wel een paar mooie kleine keerwaters te pakken onderweg en de passage gecontroleerd te varen. Het is alleen even oppassen voor een onderspoelde steen rechts van m’n lijn. Dat gaat echter prima en de rest volgt mijn lijn. De tijd begint te dringen, en we varen vlot het laatste vlakke stuk naar de laatste passage.
Deze wordt door onze voorvaarders echter blind gevaren, we kunnen niets zien, en ik vaar dan maar in een rechte lijn achter Rein in zijn C1 aan, de passage in. Met een beetje afstand kan ik eventueel nog snel reageren mocht hij gegrepen worden door een steen of een gat. Ineens dondert Rein voor mijn ogen naar beneden en recht een gat in. Hij wordt gelukkig vlot doorgespoeld en rolt overeind, maar ik kan nix meer doen en vlieg voor ik het weet ook het gat in. Ik maak me klein voor een stevige trashing, maar voel dat ook ik gelijk wordt doorgespoeld. Ik rol snel en ben al ver weg uit het gat. Ik kijk om en zie de rest ook blind van het verval af stuiteren als een dolle kudde.
Alleen Matt neemt een andere, nog moeilijkere route en gaat dwars door het midden van de rivier van een groot blok af, met een superstrakke boof over het Dikke gat eronder, en voegt zich bij ons. Dit verval blijkt gelijk onze uitstap te zijn, en het was leuk om totaal blind over deze drop deze Schotland-trip af te sluiten.
Harry
Nawoord;
Onze grote dank gaat uit naar onze nieuwe kayak-vrienden. Chris, bijvoorbeeld, organiseerde voor elke dag voorvaarders voor ons. Jamie, die ons begeleidde op de Gerry, en de rest van de week elke dag mee zou gaan, Matt en Dave, die ons onder andere door de Roy-gorge en de Etive leiden, en ook de dagen daarna met ons mee voeren. Dominique, die al op Dag 1 mee was op de Nevis en ons daarna maar “even” meenam op de Fastfern, en zodra zijn werk het toeliet, regelmatig andere stukken met ons voer. Scrotch, weer een aardige gozer, die we op de laatste dag bij de brug van de Falls of Lora ontmoeten en daarna ook klasse varen liet zien op de Orchy. En de 4 mannen die ons vaarles gaven op -voor ons veel te zwaar water- de Nevis. ;’) Als laatste de Weergoden voor de regen, die met bakken uit de lucht kwam, en het prachtige Schotse land. Totaal anders dan alle andere landen waar ik nu gevaren heb, horen de “Scottisch Highlands” tot één van de allermooiste gebieden voor onze sport. Wij komen hier zeker terug, we hebben nog een rekeningetje openstaan op de gehele Nevis, op de Right Angle Falls van de Etive, en er is nog zoveel ander moois te varen in deze omgeving….
Happy Boating & Be Safe, Lennard, Rein, Sven & Harry