De Witte Nijl
februari 2010
De dag voor vertrek verzamelen we,in belgiƫ bij Sven (de broer van David, onze gids in Chili.)
De volgende morgen na een slapeloze nacht vertrekken we veel te laat naar de luchthaven. Dan zitten we ook nog s vast in een dikke file bij Brussel. Gelukkig heeft ons vliegtuig veel vertraging en zijn we daardoor nog op tijd om mee te kunnen.
Thomas heeft via de hoogste baas van Brussels Airlines tickets geregeld en bijzonder soepeltjes gaan we inclusief boten aan boord. Zodra de incheckdames zien van wie de tickets afkomstig zijn, mogen alle spullen en boten zonder verdere vragen direct door.
Als we aankomen in Uganda, een flinke tijd te laat volgens afspraak, staat onze afgesproken taxibus niet bij de luchthaven. We charteren 2 gewone taxis en de boten worden op het kale dak gebonden.
Dan rijden we naar Jinja, waar we zullen verblijven bij raftcenter NRE. De accommodatie is minimaal, de bedden doorgelegen, en ik kan voor een 2e nacht de slaap niet vatten. Als we smorgens onze eerste run gaan doen zit ik dan ook beroerd in de boot.
Al in de 1e rapid gaat het mis. Ik eindig in het gat onderin en wordt flink getrashed. Ik weet niet meer wat onder en boven is en ik trek en zwem... Lekker begin!
De rapids die volgen zijn goed te doen maar mn vertrouwen heeft een flinke knauw gehad en dit zal de 1e week blijven spoken in mn hoofd. Hoogtepunt van dit traject is Silverback, een dikke maar eenvoudige rapid. Je vaart over een horizonlijn zonder te scouten, duikt dan een enorme slide naar beneden, alwaar je opgewacht wordt door een heftige golventrein. Meestal zal je in de 1e of 2e golf al op je dak gaan. Hierna is onze uitstap en ga je achterop een bora bora (brommertje) terug naar onze accommodatie.
Smiddags gaat onze ploeg nog s maar ik heb mn portie wel gehad. De volgende dag (weer geen slaap) voel ik me beroerd en ga niet mee.
We vertrekken de dag erop naar de Hairy Lemon, een eilandje met resort, een stuk stroomaf. Hier zit de Nile-special, een wereldberoemde speelgolf. Zeer mooi, alleen moet je r met een touw in surfen.
Makkie, denk ik nog, ik heb immers al een paar keer achter de speedboot gehangen en dat ging prima. Maar het valt vies tegen. Het keerwater is turbulent, klein, en de eddyline met kolken en paddos verrast me regelmatig terwijl ik op mn beurt wacht.
Mn pogingen in te surfen stranden direct, ik ben bang klap na klap te krijgen op mn nog altijd beschadigde schouder en zodra mn boot scheef gaat laat ik snel t touw los. Dan volgt er af en toe een spannende rit in de kolkende eddyline die langs de hele lengte van de golventrein ligt.
Ik probeer de golf er achter, en heb daar een enkel klein surfje. Na het drinken van een paar flinke slokken Nijl-water heb ik r genoeg van, en wordt cameraman.
De volgende dagen laten we smorgens een matatu (taxibusje) komen en rijden omhoog tot aan KallaGalla waar we instappen. Deze rapid, een IV+/V, heeft aan de rechterkant een vaarbare lijn van een meter breed. Haal je die niet, zal je in een (keeper?) hole in het midden verdwijnen. Het water bulkt en het gat roept mn naam... Ik stap er onder in.
Dan volgen er een paar mooie passages maar ik heb geen idee wat ik moet verwachten, want we scouten niks. Dus vaar ik zenuwachtig achter Casper aan. Alles blijkt echter goed te doen.
We komen bij Hair of the Dog, alweer n vette speelgolf. Het invaren gaat hier wel (zonder touw) en eindelijk kan ik ook s een klein surfje maken.
Casper, Sven en Tim gooien met ogenschijnlijk groot gemak de ene vette move na de andere, ik ben al blij als ik gecontroleerd surf. Michiel komt steeds meer in z'n element en begint ook steeds vettere dingen te laten zien.
Na een tijdje varen we dan verder over een lang vlak stuk Witte Nijl met nog een enkele passages. Onderweg kom je af en toe een klein visersbootje tegen die netten uitzetten. Dan kom je weer uit bij de Nile Special die de grote jongens weer flink besurfen. Dat is het traject voor de komende middagen. Smorgens varen we meestal stroomop, tot Nile Special. Ik vermaak me voornamelijk in de golventrein erachter en film de anderen af en toe.
Na een stuk of wat van deze dagen gaan we weer terug naar de bewoonde wereld want op dit eilandje is verder helemaal nix te doen. Ja, slecht eten en veel drank is er wel en we pokeren dan ook regelmatig om grote hoeveelheden afrikaans geld, wat dus bijna niets waard is ;) en drank.
De komende dagen vaar ik Kallagalla wel. De eerste keer gaat dat prima, maar een dag later kenter ik precies op de lip van de drop en val zijwaarts vlak langs het gat. Op zich nog geen probleem maar tot twee keer toe blijft mijn peddel vastzitten tussen de stenen, en wordt zo uit mn handen gerukt. 3 handenrollen mislukken, de laatste bijna goed, maar das dus net te weinig. Ik stap uit en blijk pal naast Sven te liggen die net bij me was om me te helpen... Helaas aan de andere kant zodat ik hem niet zag.
Terug van het eiland naar NRE zitten we al snel aan de bar en gaat t lekker los. Een paar backpackers zitten met een reuzen-jenga-spel te spelen, en na wat drank kan Casper het niet laten en duikt dwars door de enorme stapel houtblokken heen. Hilariteit alom (en een enkel beteurd gezichtje).
Hetzelfde traject wordt hier gevaren, en we bezoeken ook nog een paar keer Superhole, anders als wat de naam doet vermoeden, een lievelijk golfje van meters breed. Bij het naderen van superhole van onze matutu, rennen de dorpskindertjes achter het busje aan en zodra je uitstap vragen ze om een "job". Of ze aan t eind van de dag je boot stroomopwaarts mogen dragen! Voor een paar centen! Ideaal. Zouden ze overal moeten hebben, ik kan nog wel een paar in en uitlopen herinneren waar ik dolgraag zo'n ventje een baantje had bezorgd!
Zo zitten er aan de overkant van Superhole dus een groepje kinderen de hele dag te wachten en zwemmen, terwijl wij ons onder t genot van een meegebracht kratje bier vermaken in de golf. Als we uitgespeeld zijn varen we naar de kant en lopen we, zonder boot te hoeven sjouwen, terug stroomop naar de "matutu" die daar ook rustig staat te wachten.
Zo gaan we nog s terug naar de Hairy Lemon, waar we weer een paar dagen varen, en ook voor de 2e keer een geit kopen. Een levende geit dus. Na goedkeuring over de dikte van het beestje, wordt hij geslacht door de kok en boven een vierkante meter hete kool gedurende de hele middag gebraden. Savonds eten we vlees in overvloed en is het een welkome afwisseling op wat je hier (elke dag opnieuw) voorgeschoteld krijgen.
Na nog wat dagen in een bungalowtje ergens vlakbij NRE zit onze trip erop. Terug naar het vliegveld, en weer naar huis...
Het was al met al een leuke ervaring. Groot water, gek land, en een leuke ploeg. Thomas en Brussels Airlines, hartstikke bedankt.
Harry