Een dagje rustiek peddelen met het hele gezin op traag kabbelend water tussen de Limburgse weilanden, met de wind in de rug en onder een heerlijk zomerzonnetje. Zo had ik me de kanotocht van De Batavier en de NKSV van zondag 19 juli voorgesteld. Niets was echter minder waar.
De weersvoorspellingen waarschuwde ons de avond tevoren al voor flinke buien, een harde wind en een temperatuur van circa 16 graden. Hierop besloten we dat we Thorsten, onze zoon van zes, maar niet mee te nemen en ook Yvon bleef met haar beide zoons thuis. Leon nam zijn zoon, een echte bikkel, wel mee. In totaal vertrokken we die zondagochtend met ongeveer 20 mensen en een tiental boten, Canadezen en kayaks, naar het startpunt in Vlodrop.
Toen we daar te water gingen bleek dat de roer niet het traag kabbelende stroompje was dat ik me had voorgesteld, maar een redelijk snelstromende, meanderende rivier met vaak behoorlijk laag water. De tocht beloofde een stuk ruiger en mooier te worden dan ik verwacht had.
We voeren tussen steile oevers waarin oeverzwaluwen nestelde en langs mooie zandbanken; door de weilanden en langs hoge populieren, wilgen en elsen. We zagen veel watervogels, bosbeekjuffers en zelfs een jonge vos wegvluchten. Te oordelen aan het grote aantal vallen langs de route moeten er ook veel muskusratten leven, maar die hebben we niet gezien.
herintreder Martin, lief mutsje Martin, tegen de zon, toch?
Het besturen van onze Canadees in het stromende water met flinke wind bleek een stuk moeilijker dan tijdens de instructie op de vijver een paar dagen eerder. We meanderden dan ook nog meer dan de Roer zelf en we belandde een paar keer tegen de kant of op een zandbank tot hilariteit van de rest van de groep. Gelukkig kregen we goede tips van onze mede-batavieren en NKSV-ers en daarna lukte het redelijk om de buitenbocht aan te houden en boomstammen in het water te ontwijken.
Stug peddelend en moeizaam manouvrerend maar ook genietend van het varen en de natuur, voeren we na de zoveelste bocht onder een brug door en zagen we opeens de kerk van Sint Odilienberg voor ons verschijnen. Een prachtige basiliek uit de 12e eeuw met twee torens. Dit was de rustplek van deze tocht.
Op het grasveld voor de kerk werd de barbecue geinstaleerd en een tarp opgezet en voor de komende paar uur hadden de Batavieren St. odilienberg ingenomen.
Tijd voor brood en spelen. Nadat we ons lunchpakket opgegeten hadden, eventueel aangevuld met worst, hamburger en/of (spek)kersen, werden er verschillende oud-hollandse spelen gedaan uit de koker van Hans.
Een flinke regenbui werd aangegrepen om het naastgelegen Roermuseum te bezoeken.
Een moderne voorzitter is boegbeeld en tentpaal tegelijk
Nadat de laatste regendruppels gevallen en de laatste plasjes gepleegd waren, gingen we weer op pad. De Roer was het dit tweede deel van de tocht minder bochtig en stroomde ook minder snel, maar de omgeving was nog steeds even mooi.
Dat we desondanks nog steeds goed op moesten letten en tijdig moesten sturen, bleek toen we iets later de takken van een wilg langs de kant invoeren. Enkele seconden later lagen Paula, Ellen, ik en al onze spullen in het water. Omgaan met een Canadees was voor ons alle drie een nieuwe ervaring, eentje die niet voor herhaling vatbaar is.
Gelukkig kwamen onze tochtgenoten snel te hulp. Samen met hen konden we het water uit onze boot krijgen en daarna zelf weer aan boord klimmen. Onze spullen werden ook opgevist en daarna voeren we, nog wat nahozend, weer vrolijk verder. Gelukkig was het niet al te koud.
Het laatste stuk van het traject verliep zonder incidenten en in goede stemming bereikte we allemaal Roermond, het eindpunt van deze prachtige en avontuurlijke tocht.
Een klein stukje voorbij dit eindpunt, waar de roer in de Maas mond, stond lang geleden in Bataafse tijden de tempel van de godin Rura. Daar offerden Batavieren en Kelten wapens aan de godin van de rivier. Helaas konden we niet tot daar doorvaren. Maar goed, we hebben een eind stroomopwaarts al onze paraplu aan haar geschonken als dank voor deze tocht.
Jack